Berigt 15 - Een koopakte uit 1698                     

 

Onze oproep heeft prachtige reacties opgeleverd. We zullen zoveel mogelijk materiaal gebruiken voor de volgende Clockeslagh en voor de expositie die in het Dorpshuis over dit onderwerp zal worden ingericht. De herinneringen aan de oorlog liggen bij velen nog vers in het geheugen. De mensen die ons hun persoonlijke verhaal hebben verteld, hebben ons gevraagd hier voorzichtig mee om te gaan. Dat zullen we naar eer en geweten doen.

Behalve informatie over de oorlogsjaren ontvingen we een uitzonderlijk document via de familie Oosterhof. Uit het uitgebreide archief van oom Piet Oosterhof kwam een eeuwenoude koopacte te voorschijn. De acte is nog in redelijk ongeschonden staat met een mooi aangehangen zegel uit 1698 van de schulte van Roden, Henricus Meseroy.

In deze koopacte wordt de overdracht bevestigd van een perceeltje land, gelegen in Foxwolde. De verkoper is Albert Jans Noordenvelt te Roderwolde, die optreedt namens zijn vrouw Jantien Landts en erfgenamen. De kopers zijn Hermen Alberts en Jantien Jacobs, echtelieden te Foxwolde. Het perceeltje land wordt als volgt omschreven:

”Een kamp land met een stuckien velt, daer achter, ongeveer twee mudde groot te Foxwolde gelegen.

Swetten (grenzen):

Ten oosten: de wegh

Ten zuiden en noorden: weduwe Roelof Stevens

Ten westen: an het velt of veen.”

De beide partijen zijn op 23 november verschenen voor schulte Henricus Meseroy en zijn getuigen Jan Luities en Jan Lucas.

Waarschijnlijk lag dit stukje land in Foxwolde tussen de huidige nummers 34 en 40, tegenover de boerderij van Oosterhof.

 

De namen van de verschillende personen die in deze acte worden genoemd zijn allemaal bekend via de Grondschattingsregisters van Roderwolde en Foxwolde. We weten echter niet met zekerheid hoe deze koopacte terecht is gekomen bij de familie Oosterhof. Een extra complicatie wordt gevormd door de namen: Albert Jans is een veel voorkomende naam in die jaren. Zo kennen we Albert Jans Noordenveld die in 1694 staat vermeld als pachtboer op de boerderij die later de naam Enumahoeve kreeg. Deze Albert is dus de verkopende partij in de acte van 1698. In hetzelfde jaar wordt onder Mathuizen Albert Jans de Weert geregistreerd als ‘hospes’ aan de Roderwolderdijk. Of er eventueel verwantschap is tussen beide families is onduidelijk.

Zoals al op meerdere plaatsen is vermeld, trouwde Jan Jansen de Weert van de Roderwolderdijk met Mechteld Meseroy, een nichtje van schulte Henricus Meseroy. Haar ouders waren fel gekant tegen dit huwelijk en onterfden in 1662 om die reden hun eigenzinnige dochter. Uit haar huwelijk met Jan Jans werd een zoon geboren. Na de dood van Mechteld hertrouwde Jan Jans met Eltjen Eitens. Ook zij kregen samen een zoon.

Jan Jans overleed in 1692 en de weduwe hertrouwde korte tijd later met Albert Jans, mogelijk een broer van Jan. Uit dit huwelijk werd zoon Eite Alberts geboren, genoemd naar zijn vader en zijn moeder.

Eltje bracht de naam Eite mee, die generaties nadien gevoerd werd binnen de familie en nog steeds terug te vinden is in ‘Éiteweerd’ aan de Roderwolderdijk. Aan het einde van de 18e eeuw nam deze familie de vaste naam Oosterhof aan.

Mogelijk heeft oom Piet de koopacte tijdens zijn werkzame leven van iemand ontvangen of is het oude stuk gedurende meer dan drie eeuwen in de familie bewaard gebleven. Voorlopig weten we het nog niet.

AvD