Studie - Wolmer 86

 

Onderstaand artikel stond in  "De Schoolkrant" van februari 1962.

 

Studiemogelijkheden

Het is langzamerhand heel gewoon geworden, dat de kinderen, na de lagere school te hebben doorlopen, gaan "verder leren" op een Huishoudschool, een ULO, een Technische school, een H.B.S., een Kweekschool en soms zelfs aan een universiteit.

Vroeger was dat vaak om financiële redenen voor veel kinderen niet mogelijk. Nu onze tegenwoordige maatschappij echter steeds meer gaat drijven op een aantal "knappe koppen", is het nodig, dat alle kinderen, die door hun aanleg daarvoor in aanmerking komen, ook de beste opleiding krijgen, die er voor hen mogelijk is. Als ons land niet wil achter geraken op wetenschappelijk en technisch gebied, dan zullen alle beschikbare krachten ook tot ontwikkeling moeten worden gebracht.

Maar al leven we tegenwoordig dan ook in een z.g. welvaartsstaat, toch is het niet zo, dat alle ouders in staat zijn, voor hun kind een middelbare- of hogere-school-opleiding te bekostigen. Gelukkig echter wordt er van verschillende kanten hulp geboden. Zo worden er b.v. beurzen beschikbaar gesteld. En ook in onze eigen gemeente is een gemeentelijk studiefonds in het leven geroepen.

Dezer dagen ontvingen we het jaarverslag 1960/61 van de Stichting "Bevordering der ontwikkelingsmogelijkheden van de Drentse jeugd."

Deze stichting houdt zich o.a. bezig met de U allen wel bekende schooltest die jaarlijks op de scholen wordt afgenomen.

In dit verslag vinden we ook een overzicht van de Gemeentelijke Studiefondsen in de provincie Drenthe. En daarin lezen we, dat de gemeente Roden heeft uitgekeerd een bedrag van f. 0,03 per inwoner.

Dat zegt U misschien niet zo heel veel. Maar het is het op één na laagste bedrag uit de hele provincie Drenthe! Helemaal onderaan staat de gemeente Vries met een uitkering van f. 0,01 per inwoner.

Maar bovenaan staat de gemeente Schoonebeek met maar liefst f. 2,69 per inwoner.

"In en door verschillende media wordt reeds geroepen en geschreven dat studeren in de toekomst alleen nog maar weggelegd is voor jongeren met welgestelde ouders"

We vragen ons af: Hoe komt het dat onze gemeente zo laag staat op deze lijst? Zijn er in deze gemeente zo weinig kinderen, die voor een uitkering in aanmerking komen? Of wordt er door de ouders geen beroep gedaan op het Fonds? En zo nee, waarom dan niet? Misschien omdat deze mogelijkheid niet voldoende bekend is? Zou het dan niet zijn aan te bevelen, dat het Gemeentebestuur jaarlijks een circulaire liet verspreiden aan de ouders van de leerlingen uit de hoogste klas om hen op de mogelijkheden, die door dit Fonds worden geboden, te wijzen?

EM