Berigt 34 - Diepvrieskluizen Roderwolde

 

Wie tot 1960 voor langere tijd eten wilde bewaren, had maar een paar mogelijkheden. De belangrijkste technieken waren wecken, inleggen in zout of zuur, suikeren, roken en drogen. In de loop van de tijd ging er natuurlijk altijd het een en ander van de moeizaam verwerkte etenswaren verloren, dus mensen keken reikhalzend uit naar meer mogelijkheden.

Pas na de Tweede Wereldoorlog waaiden uit Amerika nieuwe technieken over en kwam de productie van electrische koelkasten en vrieskisten op gang. De aanschaf bleef echter een dure aangelegenheid, vandaar dat overal in het land zo rond 1960 coöperaties werden opgericht van “diepvrieskluizen“. Ook in Roderwolde wilde men weten of dit te realiseren was, vooral Etje Aukema (“vrouw Aukema”) zat er flink achteraan.

In de Schoolkrant werd van de vorderingen trouw verslag gedaan. Zo lezen we (april 1964): “Donderdag jl. werd een eerste oriënterende bespreking gevoerd met een vertegenwoordiger van de firma Frigidaire. Binnenkort zullen de inwoners van Roderwolde en omgeving worden bezocht, teneinde te kunnen vaststellen of er voldoende belangstelling bestaat om tot de bouw van een kluis te kunnen overgaan”. Blijkbaar pakte men goed door, want in mei lezen we al: “Op een vergadering in café Hoff werd op 1 mei jl. de diepvriesvereniging opgericht. Er hadden zich 27 gegadigden gemeld. Besloten werd om 30 leden toe te laten en een diepvrieskluis te bouwen achter de woning van de heer A. Idema met 32 kisten, zodat er twee reservekisten ter beschikking blijven. De jaarlijkse bijdrage werd vastgesteld op f. 75. Op deze wijze zal de kluis in 10 jaar zijn afbetaald, waarna men alleen nog de kosten voor stroom en onderhoud zal hebben te betalen. We wensen de nieuwe vereniging veel succes met hun koud gedoente.”

Het project werd goed vormgegeven: de “Coöperatieve Vereniging tot Exploitatie van Diepvrieskluizen ‘Roderwolde en Omstreken G.A.’ te Roderwolde” stapte op 13 juli 1964 naar notaris Kuiper om een degelijke basis te hebben.

 

 

Het eerste bestuur bestond uit Jannes Bolhuis, Aldert Luinge, Roelof Tuinman en de dames Fennie Belga-Emmens en Kee van Zanten-de Vries. In dezelfde week werden de fundamenten door de deelgenoten gegraven en kon de bouw beginnen. De koelinstallatie was op basis van luchtcirculatie door alle in twee rijen achterelkaar geplaatste bakken.

Het gebouw verrees achter de winkel van Idema aan de Hoofdstraat; Albert Idema stelde de bouwgrond voor tien gulden per jaar beschikbaar en als het project stopte, zou hij de grond weer terugkrijgen. De locatie was goed gekozen: wie iets uit zijn diepvriesbak haalde, kon meteen nog even bij de winkel langs voor overige benodigdheden. In november 1964 was de officiële opening: “Weer een stap in de richting van een moderner Roderwolde!”

 

De deelnemers hadden twee sleutels: van hun eigen bak en van de voordeur. Met de baksleutel werd het eigen deksel geopend, waaronder een ijskoude wind langs de houten latten van de constructie woei. De deursleutel was eens in de 30 weken een keer extra nodig voor de corvee, het zelf schoonmaken van de ruimte en de buitenkant van alle bakken.

Er was wel eens tegenslag, bijvoorbeeld als de motor het liet afweten en voorzitter Jannes de onderhoudsfirma moest bellen. Voordat de zaak weer aan de praat was, ontdooide ondertussen alle inhoud... Nu was daarvoor wel een verzekering, maar veel vergoedde die niet.

In de beginjaren bestelde men vaak samen een grote partij al ingevroren vlees, die dan direct in de bakken kon worden overgepakt. Toch bleek niet alle etenswaar zo lang houdbaar als gehoopt: “De controleur van de diepvrieskluis heeft erop gewezen, dat spek niet langer dan 4 à 5 maand in de kluis bewaard mag worden. Volgens hem wordt het daarna ranzig. Bij aantreffen van ranzig spek zal een volgende keer een bekeuring worden gemaakt. Men zij gewaarschuwd.”

 

In de jaren zeventig kochten steeds meer mensen een vrieskist die in de eigen bijkeuken of schuur kwam te staan. De behoefte aan een gemeenschappelijke voorziening nam af en veel deelnemers probeerden hun diepvrieskluisje te verkopen. Dat lukte steeds minder goed, omdat er nog altijd kosten aan verbonden waren en begin jaren tachtig was de zaak op sterven na dood. Toen Roel en Rens van Zonneveld in 1986 de winkel overnamen, kregen zij ook de beschikking over het gebouwtje. De bakken werden er uit gesloopt en er bleef een aardige schuur over. Zo werd het rustig op het pad waarlangs veel Rowolmer meer dan twintig jaar met koude handen naar huis fietsten, hun diepgevroren etenswaren in de tas.

 

(WvdV)