(School)feesten van vroeger - deel 10
Hoewel 1912 geen feestjaar was, willen we u het verslag in de Provinciale Drentsche en Asser Courant van een reisje niet onthouden:
De genoemde Zuiderveld was Sieger Zuiderveld, een bekende schipper en stoombootkapitein. Zijn zoon leidde hotel-café Zuiderveld in Roden, waar nu de Bernhardpassage is.
De kwekerij van de familie Bosgra stond meer dan 200 jaar goed aangeschreven en was een bekend uitje.
Het moet een volle boot geweest zijn, met de 60 kinderen en ook nog eens de gemengde
zangers. Het zangkoor bestond al in 1910, maar hier is verder niets over bekend.
1913 was weer een standaard schoolfeestjaar. Wie dit maal met de draaimolen verscheen weten we niet, maar hij was er vast wel. De advertentie werd ruim op tijd in het Nieuwsblad van het Noorden geplaatst: op 21 juni.
Er bestaat een fraaie briefkaart van de feestcommissie uit 1913: allemaal mannen met petten en dominee Van der Molen en meester Bieringa met hoed. Vroeger werden foto’s vaak als briefkaart uitgebracht.
Behalve feesten waren er natuurlijk ook feestelijke uitstapjes. Hoewel we zagen dat er al langer schooluitstapjes waren, noemt "Rowol Toendertied" als eerste jaar voor een schoolreisje 1914:
Voorzover wij konden nagaan is het eerste schoolreisje in Roderwolde gehouden in het jaar 1914. Op 1 augustus stond er toen in de Leekster Courant: "Roderwolde. Vrijdag 24 juli j.1. hebben de kinderen uit de hoogste drie klassen der Roowolmer school een schoolreisje gemaakt naar Delfzijl, onder leiding van meester en juffrouw. Om 5 uur de deur uitgestapt, waren ze reeds te 8.08 uur in Delfzijl. Hier gingen ze een boottochtje maken op de Eems en door de haven, beklommen den vuurtoren, zagen voor het eerst van hun leven door een verrekijker, speelden op den dijk, lieten zich er bij neerrollen, klauterden weer naar boven, bezichtigden de haven, de sluizen, Farmsum en keerden eindelijk welgemoed naar het station terug, na eerst nog een ansicht te hebben weggestuurd naar vriend of verwant.
In Groningen aangekomen, liepen ze van de halte door het Noorderplantsoen en verder door de stad naar het Hoofdstation, waar ze weer in de gereedstaande tram stapten, die hen spoedig bracht tot Tol Molenstuk, waar de heer Rietema, die de kleinen 's morgens ook per as naar de tram gebracht had, ze ook nu weer op een gemakkelijke wijze thuisbracht. Een woord van dank mag genoemden heer niet worden onthouden, evenmin als alle anderen, die de kinderen finantiëel hebben gesteund. Voor de noodige mondkost werd dien dag uitstekend gezorgd, zoodat de kleinen dubbel hebben genoten. De leerlingen, die te klein waren om de tocht mee te maken, waren den vorigen dag onthaald op een stuk koek en een zakje lekkers".
Deze reis kon alleen gemaakt worden doordat de Drachtster tram sinds oktober 1913 was gaan rijden. Autobussen waren er toen nog niet en het hele eind met Rietema naar Groningen “per as” was natuurlijk geen doen.
WvdV